Vrouwelijke zaakvoerders wensen meer visibiliteit

Door | juli 8, 2010

donderdag 8 juli 2010 – (mdg) – Geen drie procent van alle vrouwen richt haar eigen zaak op. In omringende landen is dat bijna acht procent. Jump zocht uit waar die terughoudendheid van Belgische vrouwen vandaan komt.

[ad#ad1]

Jump, de beweging die vrouwen in de werkomgeving promoot en het Jump forum en de Jump Academy organiseert, kreeg van het Instituut voor Gelijke Kansen van Vrouwen en Mannen de opdracht om onderzoek te doen naar vrouwelijke ondernemerschap.

Jump organiseerde daartoe een enquête bij 45.000 professioneel actieve vrouwen. De resultaten daarvan werden in een ronde tafel met specialisten en vrouwelijke ondernemers besproken.
Hoewel het professioneel klimaat in België gunstig is, start slechts 2,91 procent van alle vrouwen een eigen zaak. In de omringende landen is dat 7,91 procent.

Dat belet niet dat een op twee handelaars vrouwelijk is. Bovendien vervrouwelijkt de sector van de vrije beroepen. Als 2008 met 1998 wordt vergeleken bedraagt de stijging van het aantal vrouwen in vrije beroepen 45,7 procent, de trend zet zich het sterkst door in de medische sector. Momenteel is 42,5 procent van alle beoefenaars van vrije beroepen vrouwelijk.

Kwetsbaar

Globaal gezien is een derde van alle zelfstandig ondernemers vrouwelijk. Maar makkelijk gaat het niet, 44 procent van hen ervaart dat een zaak opstarten als je jonge kinderen hebt sociaal niet echt wordt aanvaard. Niet weinig vrouwen wachten dan ook om de stap te zetten tot de kinderen opgegroeid zijn.

Vrouwelijke zaakvoerders zijn niet enkel kleiner in aantal, ze zijn ook kwetsbaarder. Ze situeren zich vooral in de sector diensten aan personen, een branche die toch al minder winstgevend is. Vrouwen zetten ook minder kapitaal in, soms zelfs ronduit onvoldoende. De zaak laten groeien vormt evenmin hun eerste prioriteit.

Wat hadden ze dan graag zien gebeuren om hun ambities te ondersteunen? Vrouwelijke ondernemers kijken vooral uit naar initiatieven die een gezond evenwicht tussen gezin en werk bevorderen.
Tachtig procent wenst het zelfde zwangerschapsverlof te hebben als loontrekkenden. Meer flexibele kinderopvang en een vervanging in geval van ziekte, staan ook op het verlanglijstje.

Behalve de praktische ondersteuning moet er aan de visibiliteit van de vrouwelijke onderneemsters worden gewerkt, menen ze. Een netwerk van ambassadrices, een webportal en evenementen die hen in de schijnwerpers zetten, zouden veel betekenen bij de promotie van de vrouwelijke zelfstandige.

Zelf rekenen ze op hun persoonlijkheid, opleiding en professioneel netwerk om hun zaak uit te bouwen. Alle specialisten zijn het er evenwel over eens dat zolang vrouwelijke ondernemers een beperkte groep vormen, er specifieke netwerkinitiatieven voor vrouwen wenselijk zijn naast de bestaande gemengde circuits.

[ad#ad3]

Een reactie achterlaten