‘Zit er niet mee dat je een meisje bent’

Door | februari 12, 2013

Om meer vrouwen in de wetenschappen te krijgen, moeten heel jonge meisjes worden aangemoedigd. Dat vond Albert Einstein die het probleem al vroeg aanpakte. Te weinig vrouwen kunnen worden overhaald om wetenschappen te studeren en op beroepsniveau blijft de genderongelijkheid aldus bestaan.

[ad#ad1]

Albert Einstein vond dat je het best helemaal aan de basis kon beginnen en heel jonge meisjes moest aanmoedigen. De grote wetenschapper ontving veel post van jonge kinderen over de hele wereld, uit nieuwsgierigheid of omdat ze iets precies wilden weten, schreven ze hem.

Naar verluidt was Einstein dol op kinderen en was hij graag in hun gezelschap. Hoewel de relatie met zijn eigen kinderen nogal getroebleerd was. Zo is het nog steeds een raadsel wat het lot was van zijn dochtertje Lieserl dat hij met zijn eerste vrouw Mileva had. Volgens sommigen stierf ze aan roodvonk toen ze twee was, andere bronnen vermelden dat ze ter adoptie is afgestaan. Een van zijn beide zonen ging tijdens zijn studiejaren aan schizofrenie lijden en werd in een psychiatrische instelling verpleegd waar Albert Einstein hem nauwelijks opzocht.

Hoe dan ook, een zestigtal brieven van kinderen aan de wetenschapper zijn samengebracht door Alice Calaprice in het boekje ‘Dear Professor Einstein: Albert Einstein’s letters to and from children’.

Uit 1946 dateert de briefwisseling met een slim en geestig Zuid-Afrikaans meisje Tyfanny.

Zij schreef: ‘In mijn vorige brief vergat ik te vermelden dat ik een meisje ben. Ik bedoel, ik ben een meisje. (…) Lang geleden, voor ik wetenschapper wilde worden, wou ik jockey zijn. Ik hoop dat u nu niet slechter over me denkt, nu u weet dat ik een meisje ben.’

Per kerende post antwoordde Einstein: ‘Ik vind het helemaal niet erg dat je een meisje bent. Maar het belangrijkste is dat je er zelf niet mee zit. Daar is zeker geen reden toe.’

[ad#ad3]

Een reactie achterlaten